Wijn uit Eger
Het duizend jaar oude stadje Eger is beroemd vanwege haar prachtige barroque binnenstad, de vele kuuroorden maar vooral om de prachtige wijnen. Ze horen tot de beste van Hongarije. Het bekendst is de Egri Bikavér, ofwel 'Stierenbloed', een historische cuvée die kan wedijveren met de Franse Châteauneuf-du-Pape. Je kunt bij ons vier wijnen uit Eger kopen. Je vindt ze aan de linkerkant van deze pagina.
In de elfde eeuw stichtte de eerste Hongaarse koning Szent István in Eger een bisdom, dat snel uitgroeide tot het belangrijkste van de regio. Monnikken uit alle Europese windstreken namen druiven uit mee en plantten die in de heuvels rond het stadje. Wijn werd gemaakt door de kerk. Voor religieuze ceremonies en om geld mee te verdienen.
Eger wordt vaak met het Franse Bourgogne vergeleken. Maar in Eger staan veel meer verschillende druiven aangeplant. Naast de Franse Pinot Noir, Syrah en Merlot vind je in Eger de typisch Hongaarse Kékfrankos, Blauburger, Turán en Menoir. Voor wit zijn de Királyleányka, Olaszrizling, Hárslevelű en Chardonnay de meest gebruikte druiven.
Sinds de val van de muur is Eger aan een tweede jeugd begonnen. Honderden nieuwe wijnhuizen kwamen op de markt. De kwaliteit van de wijnregio ging het rasse schreden vooruit. In 1995, 1998, 2005 en 2009 leverde Eger de Hongaarse wijnmaker van het jaar.
Stierenbloed
Hoogwaardig Stierenbloed is kruidig, fruitig en expressief met een relatief hoge zuurgraad. Net als voor Château-Neuf-de-Pape is er een vrij groot aantal druiven (11) toegestaan dat voor deze wijn gebruikt mag worden. De belangrijkste zijn de Kékfrankos, Kadarka, Merlot, Syrah, Cabernet Franc, Zweigelt, Menoir, Blauburger en Pinot Noir. De wijn mag niet meer dan 50% van één druivenras bevatten.